Abilify Tablet 15mg 28 st
Aripiprazol behoort tot atypische antipsychotica. Het vermindert in de hersenen het effect van natuurlijk voorkomende stoffen, voornamelijk dopamine. Hierdoor verminderen onder andere psychosen.Artsen schrijven het voor bij psychose, schizofrenie, manie, depressie, onrust en tics.
Verpakking: 28 St
EAN: 8718576101367
Stephar BV
Aripiprazol behoort tot atypische antipsychotica. Het vermindert in de hersenen het effect van natuurlijk voorkomende stoffen, voornamelijk dopamine. Hierdoor verminderen onder andere psychosen.Artsen schrijven het voor bij psychose, schizofrenie, manie, depressie, onrust en tics.
EAN: 8718576101367
Stephar BV
Medicijn-informatie
Abilify
"aripiprazol" als werkzame stof
Introductie Abilify
Aripiprazol behoort tot atypische antipsychotica. Het vermindert in de hersenen het effect van natuurlijk voorkomende stoffen, voornamelijk dopamine. Hierdoor verminderen onder andere psychosen.
Artsen schrijven het voor bij psychose, schizofrenie, manie, depressie, onrust en tics.
Handelsinformatie
Aripiprazol is sinds 2002 internationaal op de markt. Het is op recept verkrijgbaar in tabletten en als injectie onder de merknaam Abilify en als het merkloze Aripiprazol in tabletten.
Hoe moet ik Abilify gebruiken?
Hoe?
- Gewone tabletten: innemen met een half glas water of met een andere drank.
- Injecties: deze zal de arts of verpleegkundige in een bilspier of schouderspier toedienen.
Hoe lang?
Schizofrenie
Is de psychotische periode voorbij, dan zult u dit medicijn meestal nog lange tijd moeten gebruiken om een nieuwe psychose te voorkomen. De arts zal de dosering in die periode meestal verlagen.
- Als u voor het eerst een psychose heeft gehad, dan moet u dit medicijn meestal nog tot 1 of 2 jaar na uw herstel gebruiken, voor u kunt proberen te stoppen. Alleen in uitzonderlijke gevallen, als u erg snel bent hersteld, kan worden geprobeerd een half jaar na herstel te stoppen. Dit moet dan wel onder goede begeleiding en de kans op terugval is dan nog steeds groter.
- Heeft u al eerder een psychose gehad, dan moet u meestal de rest van uw leven een antipsychoticum blijven gebruiken.
Manie en depressie
Als de ergste onrustige verschijnselen zijn verdwenen, kan de arts adviseren het gebruik van aripiprazol langzaam af te bouwen. Lithium of valproïnezuur, of het antidepressivum moet u dan meestal nog wel blijven gebruiken. Soms adviseert de arts om door te gaan met aripiprazol, om een nieuwe manie of depressie te voorkomen.
Onrust
Aripiprazol wordt meestal gedurende meerdere jaren gebruikt door mensen met ernstige onrust, aggressiviteit of angst, zoals mensen met dementie, verstandelijk gehandicapten en mensen met autisme. De dosering wordt meestal wel verlaagd als de verschijnselen afnemen.
Tics
Als het medicijn goed werkt, moet u het meestal meerdere jaren blijven gebruiken.
Op welke bijwerkingen moet ik letten?
Behalve het gewenste effect kan dit medicijn bijwerkingen geven.
De belangrijkste bijwerkingen zijn de volgende.
Soms
- Afvlakking van het gevoelsleven, verlies van initiatief en activiteit, gevoel opgesloten te zitten en een gevoel van leegte.
- Bewegingsstoornissen, zoals rusteloosheid (akathisie), plotselinge spiertrekkingen in hoofd, mond of gezicht (dystonie) en spierstijfheid (parkinsonisme).
Akathisie kan zich ook uiten in niet stil kunnen zitten, wiebelen met voet of hand, onrustgevoelens. En parkinsonisme in trillen, moeite met bewegen, lopen of spreken.
Door deze bijwerkingen kunt u ook spier- of gewrichtspijn krijgen.
Sommige bewegingsstoornissen beginnen binnen enkele dagen na de eerste dosis of na een dosisverhoging. Het kan ook na langdurig gebruik ontstaan, of pas na stoppen. Soms verdwijnt het binnen een paar dagen.
Zelden ontstaan 'late bewegingsstoornissen' (tardieve dyskinesie). U merkt ze in eerste instantie aan zuig-, kauw- en smakbewegingen, bewegingen van de tong en grimassen en tics van het gezicht. Of aan buig- en strekbewegingen van vingers en tenen, dansachtige bewegingen van armen en benen en zwaai- of draaibewegingen van schouders en bekken.
Als deze bijwerkingen ontstaan is dat meestal na langdurig gebruik (meerdere maanden). Soms komen ze pas aan het licht als u met dit medicijn bent gestopt. Na stoppen nemen de verschijnselen na verloop van tijd af, maar bij een deel van de mensen gaat deze bijwerking niet meer helemaal over.
Overleg met uw arts als u bewegingsstoornissen merkt. Soms kan uw arts de dosering verlagen of u een ander medicijn voorschrijven waar u minder last van krijgt. Ook zijn medicijnen mogelijk die de bewegingsstoornissen tegengaan.
Raadpleeg uw arts als u lijdt aan de ziekte van Parkinson of als u al een bewegingsstoornis heeft. De verschijnselen kunnen door dit medicijn verergeren. Misschien kan de arts een ander medicijn voorschrijven.
Zelden
- Hoofdpijn, slapeloosheid en depressie.
- Maagdarmklachten, zoals misselijkheid en buikpijn. Deze bijwerkingen treden vooral in het begin van de behandeling op. Meestal helpt het als u het medicijn met wat voedsel inneemt. Blijft u er ook na enige dagen last van houden? Neem dan contact op met uw arts.
- Verstopping (obstipatie). Eet vezelrijke voeding en drink veel.
- Kwijlen, vooral tijdens de slaap. Raadpleeg uw arts als u hier veel last van heeft.
- Droge ogen, wazig zien en zeer zelden dubbelzien. Als u het syndroom van Sjögren heeft, een aandoening waarbij de slijmvliezen van onder andere ogen en mond droger zijn dan normaal: u kunt meer klachten krijgen. Dit medicijn vermindert de aanmaak van traanvocht en speeksel. Neem contact op met uw arts als u meer last heeft van oogirritatie of een droge mond.
- Sufheid, slaperigheid, duizeligheid en vermindering van het reactie-, concentratie- en coördinatievermogen. Voorkom ongelukken in het verkeer, maar ook bij andere activiteiten thuis en op het werk, bijvoorbeeld wanneer u een ladder beklimt, apparaten bedient en op het werk iets bewaakt of controleert. Ook als u 's nachts uit bed moet om naar het toilet te gaan, kunt u minder controle over uw spieren hebben en daardoor sneller vallen.
- Problemen met vrijen. Bij mannen: moeilijker krijgen van een erectie. Bij vrouwen: moeilijker krijgen van een orgasme. Bij mannen en vrouwen: minder zin om te vrijen.
- Gewichtstoename, door een toename van de eetlust en een veranderde stofwisseling of juist gewichtsafname.
Omdat de gewichtstoename onder andere komt door een toename van de eetlust, is het belangrijk minder te eten dan u zou lusten. Dat is voor veel mensen erg moeilijk. Raadpleeg uw arts of een diëtist als u te veel aankomt of te veel afvalt. Zij kunnen u helpen hiermee om te gaan. - Plasproblemen, door minder controle over de spieren van de blaas. Daardoor kunt u last krijgen van ongewild urineverlies, maar ook moeite krijgen met plassen of om de blaas helemaal leeg te maken. Deze klachten verergeren bij een vergrote prostaat. Door achterblijven van urine in de blaas heeft u ook meer kans op blaasontsteking. Neem contact op met uw arts als u als u problemen krijgt met plassen. De klachten gaan meestal over als u gewend bent geraakt aan dit medicijn.
- Te snelle hartslag en zeer zelden hartkloppingen.
Zeer zelden
- Een verhoogd risico op hartritmestoornissen. U kunt last krijgen van plotselinge duizelingen of kortdurend buiten bewustzijn raken. Dit is vooral van belang voor mensen met een bepaalde hartritmestoornis, namelijk het verlengde QT-interval. Gebruik dit middel NIET als u deze hartritmestoornis heeft. Overleg met uw arts. Mogelijk kunt u overstappen op een ander middel.
- Duizeligheid, vooral bij opstaan uit bed of uit een stoel. Dit gaat in het algemeen over als uw lichaam zich heeft ingesteld op het medicijn. Dit is meestal binnen enkele dagen tot weken. Mensen met hartfalen kunnen hier meer last van hebben. Als u zich duizelig voelt, sta dan niet te snel op uit bed of van een stoel. U kunt dan het beste gaan liggen en de benen wat hoger leggen, bijvoorbeeld op een kussen. Blijft u last houden, bespreek dit dan met uw arts. Mogelijk kunt u het medicijn 's avonds innemen, dan heeft u overdag minder last van duizeligheid.
- Maligne neurolepticasyndroom. Dit is te merken aan onverklaarbare koorts, zeer stijve spieren, sufheid, hartkloppingen en ernstig zweten. Neem bij deze verschijnselen onmiddellijk contact op met uw arts. Als het optreedt, is dat meestal tijdens de eerste 2 weken van het gebruik of binnen 2 weken na een verhoging van de dosering.
- Bloedstolsels in de bloedbaan (trombose). Dit vergroot de kans op vaataandoeningen, zoals een trombosebeen of beroerte. De verschijnselen van trombose kunnen zijn pijnlijke zwelling van het been of plotselinge kortademigheid. Neem bij deze verschijnselen meteen contact op met uw arts. Mensen die al eerder trombose hebben gehad of die medicijnen gebruiken tegen trombose hebben hier meer kans op. Dit kunt u herkennen aan een dikke, harde, rode en pijnlijke plek op het been, soms aan pijn in de kuit en een zwaar gevoel in het been, zelden aan plotseling optredende kortademigheid, soms met pijn of het ophoesten van bloed. Waarschuw in deze gevallen onmiddellijk een arts, of ga meteen naar de Eerste-Hulpdienst.
- Bij mensen met epilepsie kan een aanval worden uitgelokt. Overleg met uw arts of u dit medicijn kunt gebuiken.
- Teveel cholesterol en andere vetten in het bloed. Deze kunnen zich ophopen in de bloedvaten, waardoor trombose kan ontstaan (zie bij zeer zelden). Uw arts zal jaarlijks uw cholesterol en/of vetgehalte controleren en in het eerste jaar van de behandeling vaker. Als u al een te hoog cholesterol en/of vetgehalte in uw bloed heeft, zal uw arts u daar extra op controleren.
- Slikproblemen. U kunt last krijgen van verslikken. Bij verslikken kan voedsel in de luchtpijp terechtkomen in plaats van in de slokdarm. U kunt hierdoor een longontsteking krijgen. Neem contact op met uw arts als u merkt dat u moeite heeft met slikken.
- Leveraandoeningen. U kunt dit merken aan een gevoelige, opgezwollen buik of een gele verkleuring van het oogwit of van de huid. Waarschuw dan een arts.
- Haaruitval en overgevoeligheid voor zonlicht.
- Bloedafwijkingen. Als u ononverklaarbare koorts, keelpijn of blaasjes in de mond en keel, plotselinge blauwe plekken of neusbloedingen krijgt, kan dat duiden op bloedafwijkingen. Waarschuw dan uw arts.
- Overgevoeligheid voor dit medicijn. Dit merkt u aan galbulten of jeuk. Raadpleeg bij deze verschijnselen uw arts. Geef aan de apotheek door dat u overgevoelig bent voor aripiprazol. Het apotheekteam kan;er dan op letten dat u het medicijn niet opnieuw krijgt. In zeldzame gevallen ontstaat angio-oedeem: een zwelling van het gezicht, lippen, mond, tong of keel. U kunt hierbij erg benauwd worden. Als dit gebeurt, moet u onmiddellijk een arts opzoeken of naar de Eerste-Hulpdienst gaan.
Raadpleeg uw arts als u te veel last heeft van één van de bovengenoemde bijwerkingen of als u andere bijwerkingen ervaart waar u zich zorgen over maakt.
Er bestaan veel verschillende soorten antipsychotica. Deze hebben wel dezelfde werking, maar verschillende bijwerkingpatronen. Mogelijk is een ander antipsychoticum geschikter voor u.
Uitleg frequenties
Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen
Heeft Abilify wisselwerkingen met andere medicijnen?
Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje 'samenstelling'.
De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.
- Andere medicijnen die het reactievermogen verminderen. Bij deze medicijnen is vaak op de verpakking een gele waarschuwingssticker
- Veel medicijnen tegen de ziekte van Parkinson, en aripiprazol verminderen elkaars werking. Overleg met uw arts als u last heeft van wanen en hallucinaties. Mogelijk kan de arts de dosering van een van beide medicijnen verlagen of een ander antipsychoticum kiezen dat deze wisselwerking minder heeft.
Als u wel beide medicijnen gaat gebruiken: raadpleeg uw arts als u (weer) last krijgt van wanen en hallucinaties of als de verschijnselen van de ziekte van Parkinson verergeren. - Bupropion, een medicijn gebruikt bij stoppen met roken, fluoxetine en paroxetine, medicijnen tegen depressie, en kinidine, een medicijn tegen hartritmestoornissen. De hoeveelheid aripiprazol in het bloed stijgt. Mogelijk krijgt u meer last van de bijwerkingen van aripiprazol. Overleg hierover met uw arts.
- De antischimmelmiddelen itraconazol en ketoconazol. De hoeveelheid aripiprazol in het bloed stijgt. U heeft hierdoor meer kans op bijwerkingen. Overleg hierover met uw arts. Uw arts kan een ander medicijn voorschrijven. Als dit niet mogelijk is, zal uw arts u extra controleren.
- Sommige medicijnen tegen hiv en hepatitis C. Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat.
Door de volgende medicijnen kan aripiprazol sneller uit het lichaam verdwijnen. Het is dan niet meer werkzaam. Neem contact op met uw arts als u één van de volgende medicijnen gebruikt.
- De medicijnen tegen epilepsie carbamazepine, fenobarbital, fenytoïne en primidon.
- De medicijnen tegen tuberculose rifabutine en rifampicine.
- Bosentan, een medicijn gebruikt bij pulmonale arteriële hypertensie, een ernstige vorm van hoge bloeddruk in de longen.
Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.
Als ik Abilify gebruik, mag ik dan...
autorijden?
Het kan gevaarlijk zijn aan het verkeer deel te nemen als u dit medicijn gebruikt. Dit komt door bijwerkingen, zoals sufheid, slaperigheid, duizeligheid en wazig zien. U mag de eerste paar dagen dat u dit medicijn gebruikt niet autorijden. Rijd ook geen auto als de dosering omhoog gaat. Pas nadat u gedurende een paar dagen dezelfde dosering gebruikt, mag u weer autorijden.
Na een paar dagen zijn de meeste mensen voldoende gewend geraakt aan de effecten. U mag dan weer autorijden. Maar doe dat alleen als u geen last meer heeft van de bijwerkingen.
Let op: ook psychoses, schizofrenie, manie of ernstige depressie kunnen een reden zijn dat u niet mag autorijden. Overleg met uw arts of dat bij u het geval is. Wilt u meer informatie over autorijden bij bepaalde aandoeningen? Kijk dan op de website van het CBR.
Voor meer algemene informatie kunt u het thema 'Medicijnen in het verkeer' lezen. In dit thema leest u bijvoorbeeld wat de wet zegt over medicijnen in het verkeer. Ook vindt u adviezen waarmee u rekening moet houden als u wel (weer) mag autorijden.
alcohol drinken?
Alcohol versterkt het versuffende effect van dit medicijn. Ook als u hier niets meer van merkt omdat u gewend bent geraakt aan dit medicijn, kunt u door het gebruik van alcohol erg suf worden. Beperk daarom het gebruik van alcohol en drink het liever niet.
alles eten?
Bij dit medicijn zijn hiervoor geen beperkingen.
Mag ik Abilify gebruiken als ik zwanger ben of borstvoeding geef?
Zwangerschap
Overleg met uw arts. U kunt dit medicijn beter NIET gebruiken als u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Over het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Wel is bekend dat er problemen kunnen ontstaan als u dit medicijn gebruikt in de laatste periode van de zwangerschap. Het kind kan dan na de geboorte last hebben van bewegingsstoornissen en ontwenningsverschijnselen. Dit is bijvoorbeeld te merken aan slecht drinken en veel huilen. Mogelijk kunt u (tijdelijk) overstappen op een ander medicijn.
Borstvoeding
Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. Het medicijn komt in de moedermelk en kan schadelijk zijn voor de baby. Misschien kunt u overstappen op een ander medicijn. Een medicijn waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken.
Wat moet ik doen als ik een dosis vergeten ben?
Het is belangrijk dit medicijn consequent in te nemen. Mocht u toch een dosis zijn vergeten.
- U gebruikt dit medicijn 1 keer per dag: duurt het nog meer dan 8 uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan 8 uur? Sla de vergeten dosis dan over.
Kan ik zomaar stoppen met Abilify?
Stop niet zomaar. Veel mensen krijgen na stoppen met een antipsychoticum opnieuw een psychose. Het is daarom van belang vooraf goed met uw arts te overleggen. Bij sommige psychoses is de kans op een nieuwe psychose niet zo groot, bij andere wel.
- Als u gaat stoppen, bouw dan langzaam af over een periode van minimaal 4 weken. Als u geleidelijk afbouwt, heeft u minder kans op meteen een nieuwe psychose. Bovendien voorkomt u daarmee ontwenningsverschijnselen, zoals zweten, misselijkheid, gebrek aan eetlust, diarree, angst, slapeloosheid, onrust, loopneus, spierpijn en vreemde gevoelswaarnemingen, zoals kriebels.
- De ontwenningsverschijnselen treden vaak pas 1 tot 4 dagen na plotseling stoppen op en zijn na 2 weken meestal over. Niet iedereen heeft even veel last van ontwenningsverschijnselen. Kijk daarom hoe u reageert als u de dosering iets vermindert.
- Ook nadat u bent gestopt, kunnen soms de 'late bewegingsstoornissen' aan het licht komen of verergeren. U krijgt dan last van zuig-, kauw- en smakbewegingen, bewegingen van de tong, grimassen en tics van het gezicht, buig- en strekbewegingen van vingers en tenen, dansachtige bewegingen van armen en benen en zwaai- of draaibewegingen van schouders en bekken. Deze verschijnselen nemen in de loop van de maanden af en zijn na een aantal jaar meestal verdwenen.
Disclaimer
Deze tekst is opgesteld door het Geneesmiddel Informatie Centrum van de KNMP. Deze tekst is gebaseerd op de bijsluiter van het beschreven medicijn en op andere, wetenschappelijke bronnen. De officieel geregistreerde gegevens van dit medicijn bij het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen vindt u op: www.cbg-meb.nl . Hoewel bij het opstellen van de tekst uiterste zorgvuldigheid is betracht, is de KNMP niet aansprakelijk voor eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit enige onjuistheid in deze tekst.
Adviezen
- kan het reactievermogen verminderen
Werkzame stof
- aripiprazol
Hulpstoffen
- lactose 1-water
- maiszetmeel
- cellulose, microkristallijn
- hyprolose
- magnesiumstearaat
- ferrioxide, geel
Vergoeding
- wordt vergoed via zorgverzekering indien op recept
- preferentiebeleid niet van toepassing
Vragen?
Wilt u meer weten? Stel uw vraag via het contactformulier. Binnen 1 tot 2 werkdagen ontvangt u van ons een antwoord.
Ervaar de voordelen:
- Niet meer wachten of terug hoeven komen in de apotheek.
- Ruime beschikbaarheid van uw medicijnen*.
- Gratis bezorging van uw medicatie.
- Geplande 3-maandelijkse levering.
- Bestelherinnering per e-mail als de medicatie bijna op is.
- Medicijnbewaking, ook over uw drogisterij-aankopen.